Een continue bron van luisterplezier.
Lindemann D-820. Hoezo analoog klinkt beter? Keep on dreaming!
Thorens 320 mkIII, de mijne is in mahonie uitgevoerd.
Digitale ontvangst via de ether klinkt dus toch beter!
Sonus Faber: Italian beauties om te zien en te horen, en zo worden ze gemaakt. Met de hand dus!!
Voor late uurtjes en gevoelige buurtjes: versterking met buizen van Sennh HD540 Ref. en AKG K272HD.
Mijn “Hifi” Geschiedenis:
Is waarschijnlijk begonnen toen ik op mijn achtste jaar na veel zeuren een klein beige bakelieten buizenradiootje van Philps kreeg. Hiermee werd vrijwel iedere dag, en met name ’s nachts tot in de kleine uurtjes, geluisterd naar Radio Luxemburg op de middengolf. Dit was in die tijd (1959-1960) voor zover ik me dat nog kan herinneren de meest progressieve “pop”zender.
Later tijdens mijn middelbare-schooltijd (1965-1972) begon mijn muzieksmaak, waarschijnlijk onder invloed van een toenemend muziekaanbod en wijzigend referentiekader, geleidelijk te verschuiven richting soul- en bluesmuziek. Twee muziekstromingen die tot op de dag van vandaag tot mijn voorkeuren behoren. Qua weergaveapparatuur was het in die periode nog niet best gesteld. Een Philips stereo-taperecorder, staand model met 18cm-spoelen ingebouwde versterker en luidsprekers, vormde de basis voor een plastic Philips pickupje zonder eigen versterker en luidsprekers. Met de taperecorder aangesloten op de radio van mijn vader werd iedere zondag kwaliteitsmuziek opgenomen van het geweldige programma “Superclean Dreammachine” van Ad Visser. Dit programma is voor de vorming van mijn muzieksmaak en naar ik veronderstel voor vele leeftijdsgenoten eveneens in hoge mate bepalend geweest.
Tijdens mijn volgende levensfase, studeren aan de universiteit van Utrecht (1972-1980) en dus op kamers, werd ik nog steeds vergezeld door de hiervoor genoemde Philips-componenten echter nu aangevuld met een los Philips transistorversterkertje van maar liefst 2x7 watt en 2 losse zelfbouwboxen met Philipsonderdelen. Dit was al een hele verbetering t.o.v. de versterker en ingebouwde luidsprekers van de taperecorder. Dat het merk Philips tot nu toe zo rijkelijk vertegenwoordigd was heeft als achtergrond dat mijn vader werkzaam was bij de Philips-vestiging in mijn geboorteplaats en daarom een aantrekkelijke personeelskorting op Philipsproducten kreeg.
Mijn studietijd in Utrecht was één grote ontdekkingstocht van nieuwe muziek. In platenkelders van muziek Staffhorst (tegenwoordig RAF) werd waarschijnlijk meer tijd doorgebracht dan in de collegezalen. Ook de winkels van Staffhorst waar hifi-apparatuur werd verkocht waren veelvuldig doelwit, vanwege het beperkte studentenbudget meer om te kijken en te luisteren dan om te kopen. Twee zaken zijn me van die veelvuldige bezoeken bijgebleven: een toevallig bijgewoonde demonstatie van een stel manshoge B&W-luidsprekers, ik was met stomheid geslagen, zo mooi kon het dus klinken!! De gigantische afmetingen van de luidsprekers maar nog meer de adviesverkoopprijs (1978: fl. 20.000,-- per paar) deden me snel terugkeren naar de realiteit: onbereikbaar voor mij….
De tweede gebeurtenis die een tot nu toe blijvende indruk bij mij heeft achtergelaten was het ook weer toevallig bijwonen van een demonstratie van het nieuwe medium CD, in dit geval “Love over gold” van Dire Straits, inderdaad niet een van de minste! Ook nu weer was ik diep onder de indruk van de geluidskwaliteit. Wat een verschil met de aloude LP’s: geen geruis, getik of blijven hangen door een beschadigde groef! Wel een doodse stilte tussen de nummers en een geweldige dynamiek. Verder het vooruitzicht dat het de CD in tegenstelling tot de LP vrijwel onverwoestbaar was en beschadigingen van het oppervlak vrijwel geen invloed op de geluidskwaliteit hebben. Dit werd door de verkoper gedemonstreerd met een opzettelijk mishandelde CD die met schuurpapier was behandeld en waar letterlijk overheen was gelopen: geen verschil hoorbaar met een splinternieuw exemplaar! Later kwam daar nog het voordeel van de afstandsbediening bij, naast de afwezigheid van slijtage van de naald, een duidelijk voordeel in comfort tegenover de draaitafel voor LP’s. Voor mij was direct duidelijk: dit ga ik ook kopen al kost het me een fortuin. En dat scheelde uiteindelijk ook niet zo veel. Mijn eerste CD-speler werd begin 80-er jaren de Philips CD104, op dat moment de goedkoopste speler op de markt. Door mij in de aanbieding gekocht voor “slechts” fl. 1500,--. Wel een apparaat met een bouwkwaliteit (geheel van metaal, zelfs de CD-lade!) die de huidige CD-spelers van Philips tot een lachertje maakt. Heeft dan ook lang dienst gedaan tot uiteindelijk de electronica van de speler kuren begon te vertonen wat bij het aanzetten resulteerde in een luid gekraak. De opvolger werd de Philips CD634, nog steeds in mijn bezit.
(wordt vervolgd)
Kleine update: De Musical Fidelity X-150 vervangt tijdelijk de Quad 34 en 606 die voor revisie naar Transtec gaan. Valt trouwens niet tegen maar de Auditors hebben op de kritieke momenten net wat meer power nodig die de Quad 606 wel kan leveren (mogelijk door het current dumping-principe?) en waar de MF een beetje moeite mee heeft. Maar woorlopig is het een goede tijdelijke vervanging: klein van formaat, groots in prestaties.
(wordt vervolgd)
Kleine update: de Musical Fidelity X-150 heeft de Quad 34 en 606 mkII nu definitief vervangen. Heb deze versterker waarschijnlijk in 1e instantie onderschat maar muzikaal combineert hij erg goed met de SF Cremona Auditors als weergevers en de Lindemann als bron. Blijf me verbazen over het realiteitsgehalte van de weergave en wordt hierin gesteund door het gedrag van de hondjes die af en toe verbaasd opkijken uit hun slaap als ze bepaalde, met name door dieren geproduceerde, geluiden horen. Zelf had ik altijd al een voorkeur voor live-opnames. Dit is alleen nog maar versterkt door deze combinatie van componenten.
Mijn Sennheiser hoofdtelefoon is een halfopen systeem waarbij de omgeving dus mijn muziek hoort en ik de omgevings-geluiden. Dit is wat mij betreft niet altijd wenselijk. Dus ik heb mezelf een AKG K272HD cadeau gedaan, een volledig gesloten systeem. Hoewel hij nog steeds niet volledig is "losgespeeld" (heeft er pas 40 uurtjes opzitten) is de weergave nu al zeer veelbelovend! Verder is het draagcomfort erg goed.
Tenslotte nog in een impuls een digitale tuner TEAC T-H 300 DAB mk3 aangeschaft. Met name de kwaliteit van Radio 4 is verbazend goed, en dat voor een nieuwprijs van 129,-- euro!! Mijn Quad FM4 staat voorlopig in de kast in afwachting van definitieve beslissing: verkopen of een 2e set opbouwen.
Omschrijf het geluid van uw systeem.
Natuurgetrouw, mooi, zoal het live ook zou kunnen klinken.
Waar liggen bij u de verbeterpunten?
Stroomvoorziening: betere netsnoeren op de afzonderlijke apparaten. Luisterruimte. Opnamekwaliteit CD`s.
Luisteromgeving heeft z`n beperkingen: storen en gestoord worden. Mogelijkheden tot voldoende vrije opstelling van de luidsprekers zijn door hoogohmige vrouwelijke impedantie van de wederhelft beperkt. Als gevolg hiervan is de stage voornamelijk beperkt tot het gebied binnen de luidsprekers (ongeveer 2,75 m uit elkaar).
Kwaliteit van opnames laat vaak behoorlijk te wensen over (maar daar valt zelf weinig aan te veranderen) en dat wordt des te meer duidelijk naarmate de installatie zelf beter presteert.
Wat zijn uw toekomstige plannen met betrekking tot uw set?
Vooral veel van genieten en zoals gezegd de stroomvoorziening van de afzonderlinge componenten kan nog wel wat extra aandacht gebruiken.
Omschrijf uw luisterruimte (aankleding, inhoud, meubilair, akoestiek etc.)
Huis bouwjaar 1924, dus woonkamer met houten vloeren bedekt met massieve parketvloer. Voor de luidsprekers ligt een laagpolig vloerkleed. Wanden bekleed met spachtelputz, plafond gestuct. Normaal gemeubileerd. Akoestiek is vrij hard met een lichte echo.
Kunt u aangeven hoeveel beeld- en geluidsdragers u heeft en in welke genres dit verdeeld is?
Ongeveer 1000 cd`s, 20 sacd`s, 10 muziek-dvd`s en 200 lp`s
Hoe vaak luistert u naar muziek?
Zo vaak mogelijk.
Hoe vaak kijkt u film?
Bijna nooit.
Muziek, audio, duiken, fotografie, reizen, lezen, mijn 2 hondjes.
Luister in de eerste plaats naar de artiest en zijn of haar muziek! Muziek waardoor je niet emotioneel wordt geraakt gaat dat ook niet doen door een betere installatie. Met andere woorden investeer liever in de uitbreiding van je muziek-verzameling dan een exponentieel stijgende investering te doen in een fractionele verbetering van geluidskwaliteit van je set. Bovendien, ik merk het zelf steeds vaker, uiteindelijk worden de zwakste schakels in de muziekweergave al snel de opnamekwaliteit van de muziekdragers en de beperkingen van de omgeving waarin de muziek wordt beluisterd. Er gaat niets boven het bijwonen van een live-concert in een akoestisch goede ruimte!